fosfaatnorm 2 juli 2015
De fosfaatnorm per aanwezige melkkoe op 2 juli 2015 wordt bepaald op basis van de gemiddelde melkproductie per melkkoe in heel 2015 op een bedrijf. Dat is de uitleg volgens het Ministerie van Economische Zaken voor de bepaling van het aantal fosfaatrechten op bedrijfsniveau.
De melkveestapel op 2 juli 2015 maal de forfaitaire fosfaatnorm per dier, geeft het aantal fosfaatrechten. Voor melkkoeien is die norm per dier afhankelijk van de gemiddelde melkproductie.
Volgens de huidige tabellen voor 2015 tot en met 2017 is dat voor een melkkoe (categorie 100) met gemiddeld 8.000 liter melk per jaar 40,6 kilo fosfaat per jaar. Bij 9.000 liter melk is dat 43,5 en bij 10.000 liter loopt dat op naar 46,4 kilo. Van 2015 tot en met en 2016 zijn de normen vastgesteld op 9,6 kilo voor jongvee jonger dan 1 jaar (categorie 101) en 21,6 kilo voor jongvee van 1 jaar en ouder.
Bepaling gemiddelde melkproductie
De gemiddelde melkproductie op een bedrijf wordt bepaald op basis van de in een jaar afgeleverde hoeveelheid melk, gedeeld door het gemiddeld aantal melkkoeien. Beide gegevens worden verplicht geregistreerd bij RVO.nl.
Over de bepaling van de gemiddelde melkproductie op 2 juli zijn al veel vragen gerezen. Met het antwoord van EZ is daar geen twijfel meer over mogelijk. Het ministerie heeft ook bevestigd dat zowel voor de bepaling van fosfaatrechten als voor de bepaling van grondgebondenheid van een bedrijf, beide volgens de forfaitaire normen gebeurt.
De bepaling van grondgebondenheid is van belang voor de uitzonderingspositie van extensieve bedrijven. De generieke korting wordt in 2018 afgeboekt van de in 2017 toegekende fosfaatrechten. Extensieve bedrijven worden dan niet, of in ieder geval minder, gekort volgens de voorstellen van Staatssecretaris Van Dam van EZ.
Bepaling intensief/extensief
Daarbij is extensief omschreven als melkveebedrijven die ‘op basis van het aantal gehouden stuks melkvee op 2 juli 2015 en de fosfaatruimte op het bedrijf, op basis van de Gecombineerde Opgave 2015, geen fosfaatoverschot hadden op hun bedrijf’. Voor de bepaling van intensief of extensief bij korten op fosfaatrechten speelt het volgens deze uitleg geen rol hoe groot het overschot is op basis van de zogenoemde bedrijfsspecifieke berekening (BEX).
Bron: Boerderij.nl