De stikstofexcretie boven het vastgestelde plafond
In het tweede kwartaal van 2020 ligt de stikstofexcretie boven het vastgestelde stikstofplafond van de melkveesector. Dit heeft landbouwminister Schouten bekend gemaakt aan de Tweede Kamer middels cijfers die zij heeft gekregen van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistieken).
Uit de rapportage van het CBS blijkt dat de stikstofexcretie in het tweede kwartaal 287,1 miljoen kilo stikstof bedroeg. Dit is 5,3 miljoen kg stikstof meer dan de vastgestelde stikstofexcretie van 281,8 miljoen.
Eind dit jaar onder stikstofplafond
Ook in het eerste kwartaal van dit jaar lag de stikstofexcretie van de melkveesector boven het vastgestelde plafond. De stikstofproductie bedroeg het eerste kwartaal van dit jaar 286,7 miljoen kg stikstof. Minister Schouten geeft aan dat de melkveesector zich er meer voor moet inzetten om aan het einde van dit jaar onder het vastgestelde sectorplafond uit te komen. In 2019 bleef de melkveesector nog onder het plafond en kwam de totale stikstofexcretie uit op 279,7 miljoen kilo.
Meer jongvee zorgt voor hogere productie
In de kwartaalrapportages maakt het CBS gebruik van de meest recente gegevens van de omvang van de veestapel, de melkproductie per koe en de samenstelling van het kracht- en ruwvoer. Uit deze rapportages van het CBS is gebleken dat met name in het tweede kwartaal de hogere melkproductie van bijna 100 kilogram met de bijbehorende voederbehoefte en een toenemende hoeveelheid jongvee voor de stijging in stikstof heeft gezorgd. In het tweede kwartaal van dit jaar werden er in totaal 39.000 meer kalveren gehouden dan een jaar eerder.